Ze had het aan zien komen, en in gedachten had ze al haar verweer klaar. Toch kwam het onverwacht en overviel het haar. Er werd met het vingertje gewezen, en het oordeel viel over haar heen, niet goed genoeg! Domme actie! Ondoordacht! Ze kreeg het warm, ze voelde de welbekende steken op haar borst en haar mond werd droog. Zie je wel, ik wist het wel, het maakt niet uit wat ik doe, het is altijd verkeerd. Het verdere gesprek ging buiten haar om voort, ze luisterde slechts half mee want haar eigen gedachten eisten alle aandacht op. Ze wilde weg, hard wegrennen van de situatie en net doen alsof het niet bestond. afleiding zoeken in wat dan ook, in de hoop een stukje troost te vinden. Angst overmeesterde het rationele denken en de paniek begon langzaam binnen te sluipen. Gebeurde dit werkelijk opnieuw, ondanks ze zo haar best deed om zorgvuldig te zijn, ze zo haar best deed om alles goed te overwegen. Ze merkte maar half dat haar bewustzijn zich overschakelde naar de automatische piloot, en als reflex de antwoorden gaf die nodig waren. Ze was daar niet meer aanwezig in de ruimte, maar alleen en eenzaam in de donkere kamers van het verleden, vol onverwerkte gevoelens en niet begrepen beelden.
Daar hoorde ze de echo uit haar kindertijd opnieuw zeggen dat ze waardeloos en lastig was en dat ze zichzelf niets moest inbeelden. Opnieuw voelde ze de angst van buitengesloten te worden. Opnieuw was er de neiging om zichzelf onzichtbaar te maken zodat ze misschien minder het mikpunt van hatelijkheden en spot zou zijn. En opnieuw voelde ze zich hierdoor intens eenzaam en begreep ze niet waarom mensen zo gemeen en onrechtvaardig konden zijn.
Wat ze echter niet in de gaten had was dat de aanwezigen in het heden haar helemaal niet veroordeelden, dit was een invulling van haar zelf. Het beeld van niet goed genoeg zijn zat zo diep in haar verankerd dat ze dit voortdurend in haar omgeving zag maar ook onbewust zocht. Dit gevoel was een eigen leven gaan leiden en zocht voortdurend naar bevestiging voor bestaansrecht. Met als gevolg dat dit beeld steeds weer geprojecteerd werd op haar omgeving. Ze is als het ware bevroren in tijd, vastgezet in het drama van haar verleden. Nog steeds zoekende naar de goedkeuring en erkenning van anderen. Zonder het besef dat anderen haar dit niet kunnen geven, omdat ze alleen zelf die mogelijkheid heeft.